Het vermeerderen van vermogens, dat is het doel in de Westerse politieke economie.
Propagandistisch wordt dit voorgesteld alsof economische groei noodzakelijk is voor
de welvaart in het algemeen. Verzwegen wordt dat het
met die welvaart bovenal en in
de eerste plaats om de welvaart van vermogende geldschieters gaat. Beleggers zijn
niet zozeer vermogende particulieren, het zijn ook familiefondsen en goede doelen fondsen
die meestal bediend worden via beleggingsfondsen. Maar vooral grote financiële instellingen
zijn beleggers, zoals pensioenfondsen, verzekeringsmaatschappijen en hedgefunds.
(53. zwerfkapitaal)
Vanaf de 60er jaren van de vorige eeuw en vooral tijdens de globalisering hype
verdween een groot deel van de Europese maakindustrie naar lage lonen landen.
(49. valuta)
Hiervoor in de plaats kwam in Europa weliswaar de dienstensector op, maar die kent een veel
lagere productiviteit.
Toch blijft er altijd onvermoeibaar gezocht worden naar zo hoog mogelijke rendementen.
Bijvoorbeeld gebeurt
dat door financiële hoogstandjes die parasiteren op de reële economie.
(58-0 kredietchaos)
Een andere variatie is overheden te dwingen een nieuw verdienmodel in te voeren.
nieuw verdienmodel invoeren, hoe doe je dat?
Om een nieuw verdienmodel doorgevoerd te krijgen, is de bevolking angst aan jagen
een heel effectief middel.
Want brede acceptatie dwingt beslissers op alle niveaus
klakkeloos te volgen, dus ook het hele overheidsapparaat.
In deze strategie wordt allereerst de publieke opinie via de media grondig
en langdurig bespeeld. Er wordt bewust maatschappelijke onrust gecreëerd.
De gewenste uitkomst wordt gepresenteerd als een onontkoombare noodzaak.
Van overheden wordt uitdrukkelijk geëist de gewenste initiatieven actief te ondersteunen,
om te beginnen politiek, maar uiteindelijk bovenal financieel.
Energietransitie en herbewapening zijn hiervan de voorbeelden. Gesubsidieerd
industrialiseren doe je met
een belofte op het afstoppen van klimaatverandering.
Of met een Navo norm als belofte op veiligheid.
2.
Herbewapening als verdienmodel ontwikkelen gebeurt door oorlogsdreiging op
te roepen. De basis hiervoor is voortbouwen op ruim een halve eeuw indoctrinatie
met halve waarheden en een beperkte, zeer selectieve voorstelling van politieke
ontwikkelingen en gebeurtenissen. Daarmee hernieuwd een vijandbeeld oproepen,
allesbehalve gericht op politieke ontspanning en zeker niet om vrede
en veiligheid te bewerkstelligen. Het enige doel is de uitgaven aan wapens
te vergroten zodat wapenproductie een winstgevend verdienmodel wordt.
(oorlogsdreiging, een rendabele industriële belegging)
1.
Klimaatverandering is er al zolang deze wereld bestaat. Maar in een
zorgvuldig opgebouwde campagne is deze eeuwig voortgaande verandering
vernauwd tot een actuele bedreiging die onvermijdelijk tot de ondergang van
onze planeet moet leiden. Aan serieus onderzoek naar de vele nog onbekende
mechanismen achter klimaatverandering valt op de korte termijn niets te verdienen.
Voor geldschieters veel interessanter is te suggereren dat energietransitie en CO2
opslag de klimaatverandering zal stoppen. Daarmee peuteren ze enorme subsidies los.
(klimaatzorgen brengen subsidie op)
2. oorlogsdreiging, een rendabele industriële belegging
Binnen de EU en Nederland is na 2000 het anti-Russisch sentiment weer
aangewakkerd. In Koude Oorlog retoriek opgegroeide generaties prediken in de 21e
eeuw opnieuw dat Rusland ‘het grote gevaar’ is. Terwijl zij tegelijkertijd blind
blijven voor de klakkeloos geaccepteerde technologische, economische en culturele
afhankelijkheid van
de USA en overheersing daardoor. Achteloos is de politieke
propaganda overgenomen van Amerikaanse en Westerse superioriteit boven alle
andere economieën, culturen en politieke stelsels.
WO II
Nadat de Duitse invasiemacht in Rusland was verslagen, zette de USA in op
het stoppen van de opmars van Russische troepen in westelijke richting, om West
Europa te behouden voor de Amerikaanse invloedsfeer.
De USA troepen zijn na
WO II niet ter bescherming van Europa achtergelaten, maar als bezettingsleger.
Om de voormalige bondgenoten van 1943 in het gareel te houden, de investeringen
door Amerikaans kapitaal te beschermen en het vrij verkeer van kapitaal voor
de Amerikaanse belangen te waarborgen.
In Griekenland heeft dat nog tot een burgeroorlog geleid.
Heftige indoctrinatie heeft er voor gezorgd dat vele Europeanen na 80 jaar nog
steeds bleven veronderstellen dat de Amerikaanse aanwezigheid de garantie voor
vrede zou zijn.
In 1945 bedroegen de militaire uitgaven van de USA ruim 1/3e van de eigen
economie. Daardoor zakte de USA economie met zo’n 10% in bij de beëindiging
van WOII. Om inkomsten uit industriële afzet te behouden voor de om
te bouwen
Amerikaanse oorlogseconomie, werd de Marshall hulp voor Europa opgezet.
systeem rivaal
Rusland vormde geen militaire dreiging. Wel een dreiging voor het politiek
economisch stelsel van de Westerse kapitaalgroepen. Want de Russische revolutie
van 1917 bleef voor de uitgebuite mensen in het Westen en de koloniën in Azië
en Afrika hèt voorbeeld dat volkeren en werkende mensen zich kunnen bevrijden
van armoede, uitbuiting en onderdrukking. Dat bleef zo tot in de 80er jaren
van de 20e eeuw.
aanval op Rusland gebeuren.
Aan de 27 miljoen Russische oorlogsslachtoffers is in het Westen
na 1945 nooit veel aandacht besteed.
Het bestaan van Rusland was voor de Westerse kapitaalgroepen een gevaarlijke
systeem uitdaging. Een rivaal
die onder het label communistisch waar mogelijk
bestreden moest worden met alle diplomatieke, economische
en militaire middelen.
En in de ‘eigen’ landen met antipropaganda, verdachtmakingen, desinformatie
en ideologische indoctrinatie.
Daar sloten Europese regeringen graag op aan door uitbarstingen van onvrede
over de binnenlandse sociaal-economische en politieke achterstellingen als het werk
van de buitenlandse vijand te bestempelen. Vervolgens
op grond daarvan verenigingen
en personen als staatsgevaarlijk weg te zetten, waarop uitsluiting, strafrechtelijke
vervolging en beroepsverboden volgden.
belangen.
Los daarvan, Rusland was en is niet eens in staat een veroveringsoorlog
in West Europa te beginnen. In de 20e eeuw niet, in de 21e eeuw niet.
De Russische economie kan een invasie in West Europa niet bekostigen.
De militaire uitrusting is er niet op berekend en de bevolkingsomvang is
daarvoor te klein.
21e eeuw
Bij de privatiseringen in Rusland vanaf 1992 zijn vooral Russische apparatsjiks
er voor een habbekrats met de voormalige staatsbedrijven vandoor gegaan. Westerse
kapitaalgroepen hadden meest het nakijken. Toen na 2000 Rusland de toegang voor
Westers kapitaal sterk werd ingeperkt, hebben Westerse kapitaalgroepen dat
opgevat als een vijandige beperking van hun wereldwijde ambities.
angst aanjagen
De oorlogspropaganda van de Navo is dat Rusland een expansionistische politiek
voert, klaar staat om West Europa binnen te vallen en dus een bedreiging vormt
waartegen bewapend moet worden. Daartoe wordt de geschiedenis verdraaid,
systematisch desinformatie verspreid over het politieke en maatschappelijke leven
in Rusland, er worden in de dominante media horrorverhalen over opgediend.
Tot in strips, videoclips en films wordt het vijandbeeld ondersteund.
Weliswaar heet het in Europa dat de vrije journalistiek heilig is,
maar de dominante commerciële media geven daar geen ruimte voor.
Volgzaam, want bang voor verlies aan lezers en adverteerders.
En de van staatssubsidie afhankelijke publieke media zijn niet vrij.
In de Westerse staatspropaganda wordt de wereld voorgesteld als een permanente strijd tussen goeden en kwaden. Waarbij de Navo altijd de goede is en succesvol het al omringend kwaad bestrijdt met militaire middelen. De boodschap die moet blijven hangen is dat alleen de Navo ons afdoende beschermt tegen bedreigingen en daarmee een garantie vormt voor onze veiligheid en vrede. Dat werd nog eens zo bevestigd op de Navo top in Den Haag in 2025.
USA $ 26,9
Rusland $ 1,9 = 1/14e van USA
ter vergelijking:
China $ 17,7
Japan $ 5,2
Nederland $ 1,0
wapen wedloop, uitgaven wereldwijd in 2021 meer dan $ 2.100.000 miljoen
Navo 55% het Europees aandeel daarin ongeveer 13%
Rusland 3,1%
China 14%
oorlogsuitgaven in 2022 volgens Sipri, in 1.000 miljoen
USA $ 877
Rusland $ 86 = 1/10e van USA
bevolking naar omvang in 2022
USA 394 miljoen
Rusland 112 miljoen
ter vergelijking:
EU 447 miljoen
China 1.426 miljoen
conclusie:
Rusland kan zowel militair, als economisch geen uitdager zijn,
de bevolking is ook te klein om dat te dragen.
Een Russische dreiging voor West Europa is Navo desinformatie.
Maar omdat Rusland zich wel kan verdedigen met kernwapens, blijft het een
niet te onderschatten militaire macht.
Kiesverenigingen blokkeren elkaar in een strijd om de interne macht.
Overheidsinstellingen worden politiek ondermijnd. Tegelijkertijd nemen
de binnenlandse sociaal-economische tegenstellingen toe. Het institutioneel
racisme blijft een tijdbom. Daarbovenop komt de politiek-economisch tanende
Amerikaanse wereld suprematie.
In plaats van de interne problemen te onderkennen, worden buitenlandse
economische machtsblokken zoals China en India als nationale bedreiging
aangewezen. Dit uit zich in het grillig politiek, militair, economisch
en buitenlands USA beleid.
USA heeft in de 21e eeuw ingezet op het terugveroveren van de wereld
hegemonie.
USA is de uitdager. Want een kat in het nauw maakt rare sprongen.
bewapening is een verdienmodel
Van een misleide en bang gemaakte Westerse bevolking wordt verwacht dat zij
bereid zal zijn om in te leveren. Bijvoorbeeld op sociale voorzieningen, zorg,
huisvesting, onderwijs en pensioen. Als het even kan ook offers op koopkracht.
Zodat er meer geld voor de overheid vrijkomt om nog meer wapens te bestellen.
Die geproduceerde wapens hoeven wat beleggers betreft niet onmiddellijk of
noodzakelijkerwijs ingezet te worden in oorlogen. Maar in handen van een coalitie
van ambitieuze militairen, eerzuchtige politici en expansionistische kapitaalgroepen
volgt er zomaar een veroveringsoorlog.
Hoe groot de omvang van de wapenwedloop zal zijn en hoe snel het zal gaan,
blijft helemaal afhankelijk van hoe goed de fabrikanten om kunnen gaan met topmilitairen
en ambtenaren op de ministeries. Maar dat deze wapenproductie
als publiek-private
samenwerking op de rails is gezet, dat staat vast. Dit is het nieuwe verdienmodel.
met een voortgezette Ukraine oorlog als reclame daarvoor
de vraag vergroten
De opgelegde hogere Navo norm op 5% van de nationale economie, verplicht
de staatsoverheden per decreet om meer wapens te gaan bestellen en daarmee
samenhangende projecten uit te geven.
Waar het 5% criterium vandaan komt, daar maakte niemand zich ooit druk om.
Want het gaat er slechts om dat de geldstromen worden verlegd van niet rendabele
voorzieningen voor het welzijn van de bevolking, naar bewapening
en andere
productie waar goed aan te verdienen valt.
Daarom is het niet echt belangrijk of ieder Navo land die verplichte 5% norm binnen
10 jaar zal halen. Ook niet of
de verdeling in 3,5% militair en 1,5% overig wel precies
zo zal uitvallen. De ombuiging van staatsuitgaven naar een lucratief verdienmodel
dat vermeerdering van particulier geïnvesteerd kapitaal mogelijk maakt, daar gaat het om.
Het uitbreiden en opvoeren van de wapenindustrie in Europa en het opstarten van nieuwe,
onbemande wapentechnologieën kost minstens 3 tot 7 jaar. Een versneld voldoen
aan de Navo norm door de Europese
overheden kan dus alleen door veel materiaal
in de USA aan te schaffen. Dit versterkt op de korte termijn de Amerikaanse industrieën,
dus ook haar aandeelhouders. Laat dat nu precies de inzet zijn
van de Amerikaanse
Make America Great Again campagne.
appte Navo secretaris Rutte naar zijn baas president Trump
nog net voor de Navo top 2025 in Den Haag
hoe is dit te betalen?
Op basis van de economische omvang in 2025 moet er in Nederland per jaar tegen
de € 20.000 miljoen extra
worden gevonden voor herbewapening. Waar dat geld vandaan moet komen,
kan militairen, beleggers en te veel politici weinig schelen.
Reken erop dat een Nederlandse regering in eerste instantie gaat proberen te bezuinigen
op gezondheidszorg, sociale voorzieningen, staatspensioen AOW, de toeslagen,
de arbeidsongeschiktheid- en werkloosheiduitkering.
Want voor beleggers
en geldschieters zijn maatschappelijke voorzieningen zondermeer overbodige, schadelijke kosten.
Ook met belastingverhoging -zoals een ‘vrijheidsbijdrage’- of het laten oplopen
van de staatsschuld wordt
de bevolking gedwongen het rendement voor beleggers in
de wapenindustrie te vergroten. Hogere winstbelasting
of het schrappen van
belastingvrijstellingen voor vermogenden is in strijd met het doel van dit nieuwe
verdienmodel.
afbraak sociale voorzieningen, zorg, pensioen
bonanza
Al maanden voor het formele Navo besluit komen investeerders als vliegen op de stroop af.
Wetend dat de Nederlandse overheid zich heeft laten verplichten tot hogere oorlogsuitgaven,
stellen bedrijven hun eisen bij het eten uit de staatsruif.
Gevestigde militair-industriële bedrijven wensen een publiek-private samenwerking zoals
dat in de 60er jaren ook
al gebruikelijk was:
geen aanbestedingstrajecten;
geen harde prijsafspraken, maar partnerschap met vóórfinanciering;
zekerheid op langjarig doorlopende bestellingen;
de opdrachtgever moet een onderzoeksbudget geven.
Veel kleine, tot nog toe in deze sector onbekende en start-up bedrijfjes zochten al snel contact met het ministerie om hun product presentaties te komen doen. Enkelen sleepten al contracten binnen.
Grote beleggers en speculanten toonden zich al veel eerder enthousiast. Zo steeg de beurswaarde van Rheinmetall -producent van tanks, granaten en nog meer-, in de twee jaar na maart 2022 al explosief met 580%, over 3 jaar met 1030%. Terwijl de productiestroom eigenlijk nog op gang moet komen
oorlogsindustrie
$ 1.000 miljoen
USA 298,8
China 107,9
EU 76,4
GrBr 41,8
overig 66,3
bron: Sipri
9,3 x € 1.000 miljoen, inclusief halffabricaten
daarvan 4 x € 1.000 miljoen voor het buitenland
Europese oorlogsindustrie
$ 1.000 miljoen
Leonardo 12,5
Airbus 12,1
Thales 9,4
Dassault 5,7
Rheinmetall 4,6
Naval Group 4,5
MBDA 4,4
Safran 4,4
Saab 3,7
KNDS 3,2
Fincantieri 2,8
CEA 2,8
bron: Sipri
granaat 155 mm € 4.000
Patriot raket $ 350.000
Patriot batterij $ 1.000.000.000
straaljager JSF / F 35 $ 83.000.000 tot $ 105.000.000
Nederland heeft er eerder -en duurder- 35 gekocht, waarvan er 8
steeds operationeel moeten zijn, de andere staan in onderhoud.
onze maatschappelijke voorzieningen
(69-2. opbouw tot de Ukraine oorlog)
Volgens een rapport van SOMO, Milieudefensie en Oil Change International kost
de fossiele steun aan het bedrijfsleven de Nederlandse Staat jaarlijks € 37.500 miljoen.
Vervolgens spreekt de milieubeweging daar dan schande van.
De milieuorganisaties zien dit als zware staatssubsidie aan bedrijven en multinationals die fossiele energiebronnen uitbaten, of fossiel opgewekte energie gebruiken. Maar de bij elkaar opgetelde belastingvoordelen zijn winstsubsidie voor de betrokken bedrijven, zoals ook andere bedrijven die genieten. Uiteindelijk profiteren hun aandeelhouders van die winstsubsidie. Het is geen specifieke bevoordeling van fossiele energie boven andere verdienmodellen.
De politiek-economische werkelijkheid is dat de bedrijven, multinationals
en beleggers die nu voornamelijk bezig zijn met fossiele energiebronnen zoals kolen,
olie en gas, zich vanaf -laten we zeggen 2018- wel degelijk ook oriënteren op
de energietransitie. Niet uit zorgen om het klimaat, maar puur vanuit winst oogmerk.
Ze zullen echt graag omschakelen naar een energietransitie.
Maar pas zodra daar meer aan te verdienen valt.
Klimaat demonstranten zijn felle propagandisten voor het terugdringen van de uitstoot van broeikasgassen door subsidies voor de energietransitie. Maar vergeten dat subsidies slechts lokkertjes zijn om particuliere, puur op winst gerichte bedrijven over te halen om die energietransitie door te voeren. Daarnaast, de omvang van de schade aan het milieu door het mijnen van nieuwe grondstoffen -nodig voor de transitie- zijn vooralsnog onbekend.
beleggers
Beleggers, bedrijven en multinationals wachten naar eigen zeggen op zulke subsidies
van de Nederlandse staat
en andere overheden. Om daarmee hun aanvangsverliezen
op de transitie op te vangen en het prijsverschil met de huidige energieprijs.
Zodra zij voldoende subsidie zien liggen, pas dan gaan zij aan de slag met die transitie,
als een nieuw verdienmodel.
Het zijn de aandeelhouders en speculerende beleggers die het beleid van beursgenoteerde
bedrijven en
multinationals bepalen. Grote beleggers doen dat niet
door te stemmen op jaarvergaderingen, maar door grote pakketten aandelen te kopen
of juist te verkopen. Zij verhuizen hun kapitaal makkelijk van het ene naar het andere bedrijf.
Daarmee verandert de beurskoers van een bedrijf, waar het management erg gevoelig
voor is in het bedrijfsbeleid.
Grote beleggers werken met ingelegde vermogens tot aan ettelijke keren de Nederlandse economie.
Op grond
van de verwachting dat hun belegging elders meer winst zal opbrengen.
Zo kan het komen dat met de subsidies voor de energietransitie waarschijnlijk precies dezelfde
internationale beleggers beloond worden, die nu nog profiteren van de winst subsidies
aan de bedrijven die met fossiele energiedragers bezig zijn.
Bijvoorbeeld door over te stappen naar de winning van neodymium, gallium, lithium,
grafiet en germanium en andere grondstoffen benodigd voor de transitie.
De onvermijdelijke uitstoot van broeikasgassen en omvang van de milieuschade die zulke
mijnbouw oplevert is nu
nog niet te overzien.
misleiding
Klimaat demonstranten worden met ramp scenario’s misleid om subsidies los te weken voor een nieuw verdienmodel voor beleggers en geldschieters.
De subsidies voor de transitie worden opgebracht met belasting verhogingen
en extra heffingen en bezuinigingen opgelegd aan de bevolking van Nederland. Zoals dat nu al gebeurt met extra heffingen op de energielevering.
Zulke gedwongen overdracht van loon en koopkracht naar subsidie aan beleggers en geldschieters is tegen de basisprincipes van iedere zichzelf respecterende vakbeweging. Want linkse politiek is juist de strijd tegen armoede, uitbuiting en onderdrukking.
conclusie:beleggers en geldschieters kan nooit een linkse politiek zijn
belastingvoordelen
Het ministerie van Economische Zaken zelf schat de belastingvoordelen aan bedrijven,
verbonden aan handel en gebruik van fossiele energiebronnen op € 39.700 miljoen tot € 46.400 miljoen per jaar.
De fossiele ge- en verbruikers onder de huidige bedrijven in Nederland komen uit
heel verschillende bedrijfstakken. Daarbij gaat het om bedrijven, groot en klein.
Van wereldwijd opererende handelaren in grondstoffen zoals Vitol, Trafigura en Glencore
tot aan de glastuinbouw van tomaten; van zink- en magnesiumsmelters tot aan baksteenovens;
kunstmestfabrieken, hoogovens en elektriciteitscentrales tot aan alle middelen van transport:
op de weg, over rails,
op zee en in de lucht; niet te vergeten raffinaderijen
en een groot deel van de kunststof producenten van deodorant en verpakkingsmateriaal
tot aan vloerbedekking.
vastgelegde doelen
Ten behoeve van de energietransitie zijn er in internationale akkoorden en nationale
wetgeving heel strikte klimaatdoelen gesteld en daar zijn zelfs streefdata voor
vastgelegd. Opmerkelijk is dat zoiets nooit is gebeurd voor essentiële
maatschappelijke overheidstaken.
Afgezien van het voorkomen van epidemieën zijn er geen doelen gesteld voor
de gezondheid van de gehele bevolking. Het op het individu gericht
medicaliseren blijft steken in symptoom bestrijding.
Een welvaartsdoel zoals een algemeen te behalen levenspeil? Het is er niet.
Verhogen van de algemene ontwikkeling als educatief doel ontbreekt,
onderwijs is teruggebracht tot het aanleren van exploitabele kunstjes.
Hoe dat toch komt?
Zulke doelen leggen een minimale kwaliteit van leven voor de gehele bevolking vast.
Maar in de dominante economische theorieën levert dat geen toegevoegde waarde op.
Voor beleggers zit er geen lucratief verdienmodel aan vast. Daarom zijn dit geen actie punten.
Om terug te komen op de gestelde klimaatdoelen:
Gaat minder CO2 uitstoot de klimaatverandering afremmen?
Daar gaat het helemaal niet om:
Aan subsidies voor energietransitie en opvang van CO2 valt te verdienen, want:
de opbrengsten geprivatiseerd
